Skip to main content

Auteur: Rekenkamer Pijnacker/Nootdorp

Digitale dienstverlening van de gemeente

In 2015 is er door de gemeenteraad een visie vastgesteld voor de doorontwikkeling van de digitale dienstverlening. Hoewel wordt gesteld dat de visie nog steeds richtinggevend is, zijn diverse uitgangspunten in de praktijk losgelaten, terwijl overkoepelend juist handvatten zou kunnen bieden.
Het deels loslaten van de visie heeft nog niet tot grote problemen geleid. Er is in de afgelopen jaren op het gebied van digitalisering veel ontwikkeld. Een aandachtspunt is het loslaten van het iteratief werken (continu verbeteren van de uitvoering door terugkoppeling van gebruikers te vragen). Dit gaat mogelijk ten koste van de aansluiting van digitale diensten op de wensen, behoeften en mogelijkheden van burgers.
De visie geeft monitoring en kengetallen een centrale rol bij het doorontwikkelen van de dienstverlening. Deze systematiek is in de praktijk grotendeels losgelaten. Bij doorontwikkeling van producten en website betrekt de gemeente echter slechts incidenteel gebruikers.
De afgelopen jaren is de digitalisering van de dienstverlening nauwelijks in de raad besproken. Het college heeft anders dan via de P&C-cyclus de raad hierover niet actief geïnformeerd. De informatie over de voortgang van de digitalisering is de afgelopen jaren ook niet meer geactualiseerd. Dat maakt het voor de gemeenteraad moeilijk om te controleren. Uit het onderzoek blijkt dat er voor raadsleden wel een belangrijke politieke rol op dit beleidsterrein, maar dat zij zich daar nauwelijks bewust van zijn.

Implementatie Omgevingswet

Uit het onderzoek komt naar voren Pijnacker-Nootdorp de implementatie gestructureerd en doordacht heeft aangepakt. Er is een goed beeld van wat er op haar af komt en wat er nog moet gebeuren. De gemeente is daarmee ‘in control’.

De verantwoordelijkheid voor de implementatie wordt breed gevoeld binnen de organisatie en het college. De betrokkenheid van de raad met de inzet van de raadswerkgroep wordt gewaardeerd en functioneert goed. De politieke, bestuurlijke en ambtelijke betrokkenheid geeft een stevig en solide fundament voor de aankomende veranderingen.

Te verwachten is dat de gemeente klaar is voor de inwerkingtreding in de zin dat klaar zal zijn wat klaar moet zijn.

Er is (ook voor de langere termijn) aandacht nodig voor de ontwikkeling van het anders werken, de langetermijngevolgen voor de financiën, de afstemming van de beschikbare capaciteit op de ambities en de betrokkenheid van de raad bij de omgevingsprogramma’s.

Eveneens valt op dat belangrijke strategische keuzes nog gemaakt moeten worden, omdat eerst is ingezet op het voldoen aan de minimale eisen voor de inwerkingtreding. De keuzes waarmee de raad inhoudelijk sturing geeft aan de fysieke leefomgeving zijn voorzien voor de komende fase.

Juist de strategische keuzes zijn ingewikkeld én bepalend voor de manier waarop de bedoeling van de Omgevingswet ook daadwerkelijk gerealiseerd gaat worden. Ook moeten deze keuzes de raad in staat stellen om inhoudelijk zijn kaderstellende rol in te vullen.

Citymarketing

De rekenkamercommissie heeft onderzocht hoe het beleid rondom citymarketing is vormgegeven en hoe doeltreffend en doelmatig het beleid is. Uit het onderzoek kwam naar voren dat de focus van citymarketing de afgelopen jaren voor Pijnacker-Nootdorp is verschoven van het aantrekken van nieuwe inwoners en bedrijven naar het behouden van inwoners en bedrijven. Dit is een gevolg van diverse ontwikkelingen, zoals de situatie op de woningmarkt en de zich vullende bedrijventerreinen. Citymarketing zet inmiddels zodoende in eerste instantie in op het versterken van de gemeenschapszin binnen de gemeente. In tweede instantie gaat het om het aantrekken van bezoekers.
Doordat er sprake is van een beperkt budget worden de middelen voor citymarketing zuinig en zeer specifiek ingezet. De doelen van citymarketing worden daarmee doelmatig bereikt. Citymarketing is ook doeltreffend in die zin dat de uitvoeringsdoelen grotendeels worden gerealiseerd. In hoeverre citymarketing doeltreffend is ten aanzien van het realiseren van maatschappelijke doelen is echter niet
duidelijk.
Door het beperkte budget staan de beschikbare middelen en de uitvoering centraal, in plaats van maatschappelijke doelen.
De raad heeft zijn kaderstellende rol enkele jaren geleden ingevuld met het vaststellen van het beleid en het beschikbaar stellen van budget, maar er daarna nauwelijks meer aandacht aan gegeven. Ook blijft soms ongewis wat het precieze effect van het citymarketingbeleid is.

Ondermijning

De rekenkamercommissie heeft onderzoek laten doen naar welke vormen van ondermijning (vermoedelijk) in Pijnacker-Nootdorp voorkomen, welke ‘gelegenheden’ voor ondermijning er zijn en wat ambtenaren, politici en bestuurders daar tegen doen. Pijnacker-Nootdorp ligt op een bijzondere plek. Dichtbij grote steden, goede verbindingen naar snelwegen, in de nabijheid van een haven en vliegveld, maar toch in een relatief ruimtelijke, groene omgeving met veel glastuinbouw.

Met het voorliggende onderzoek heeft de rekenkamercommissie onderzocht waar en hoe deze gelegenheidsstructuren zich voordoen in Pijnacker-Nootdorp en op welke wijze de aanpak van ondermijning is georganiseerd. Daaruit zijn aanbevelingen gekomen voor college en raad om de aanpak van ondermijning verder te versterken. Op deze wijze hoopt de commissie op constructieve wijze bij te dragen aan het thema, de gemeenteraad inzicht en handvatten te bieden en daarmee de veiligheid in de gemeente te vergroten.

Onderzoek privacy en informatieveiligheid

In 2018 heeft onderzoeksbureau PBLQ voor de rekenkamercommissie Pijnacker-Nootdorp onderzoek gedaan naar het privacy en informatieveiligheidsbeleid van de gemeente. In dat onderzoek is geconstateerd dat het relevante privacy- en informatiebeveiligingsbeleid van de gemeente voldeed. Tegelijkertijd was er sprake van een aantal voornemens waarvan in het stadium van het toenmalige onderzoek niet vastgesteld kon worden of de gemeente daar adequaat invulling aan zou gaan geven. Verder was er sprake van enkele tekortkomingen in het beleid. Zowel met het oog op de geconstateerde tekortkomingen als op de toekomstige eisen die aan het beleid zouden worden gesteld, is de toenmalige rapportage afgesloten met verschillende aanbevelingen.

In 2020 heeft de rekenkamercommissie een vervolgonderzoek laten doen naar de opvolging van de aanbevelingen van het rapport uit 2018. Dit is in de vorm van een ‘quickscan’ gebeurd. Ter volledigheid is het rapport uit 2018 hieronder ook bijgevoegd.

Onderzoek inkoop jeugdzorg

De rekenkamercommissie Pijnacker-Nootdorp heeft samen met de rekenkamer(commissie)s van alle gemeenten in de Haagse regio (H10) onderzoek gedaan naar

  1. de belangrijkste oorzaken van de toename van de kosten in de jeugdzorg en
  2. de vraag of de gemeenteraden voldoende inzicht hebben gekregen in de ontwikkeling van de kosten.

Het onderzoek bestaat uit drie onderzoeksdelen. Om de eerste vraag te beantwoorden is een data-analyse uitgevoerd (deel I en II) naar de jaren 2015 tot en met 2019. Deze analyse maakt duidelijk welke jeugdzorgproducten vooral verantwoordelijk zijn geweest voor de kostenstijgingen. Ook is bekeken of de kostenstijgingen kwamen door de stijging van het aantal jongeren, het aantal uren gedeclareerde zorg of het gemiddelde uurtarief.

Ter beantwoording van de tweede vraag is onderzoek gedaan naar de informatie die de gemeenteraad over de periode 2015 tot en met 2019 heeft gekregen. Daarbij is gekeken of deze informatie voldoende was om inzicht te bieden in de ontwikkeling van de kosten (onderzoeksdeel III). Hoewel een deel van de informatie voldoende was, constateert de rekenkamercommissie over de gehele linie dat de informatie niet voldoende inzichtelijk is en bovendien versnipperd.