Skip to main content

Interview Velsen: van rekenkamercommissie naar rekenkamer

Een paar maanden geleden was Ruurd Palstra, griffier van Velsen, bij een bestuurlijke bijeenkomst van de VNG. Hij trof daar de NVRR en vertelde enthousiast over ‘zijn’ rekenkamer en de bijzondere aanvullende taak die Velsen aan haar rekenkamer ging geven.

We spreken met Ruurd Palstra, griffier van Velsen en bestuurslid bij de Vereniging van Griffiers en Jan van der Boon. Jan is voorzitter van de rekenkamer in Velsen en heeft in het verleden in onderwijs en onderzoek gewerkt (universiteit Leiden, NWO) en is nu zelfstandige en vanuit die pet interim lid raad van bestuur hogeschool Saxion.

Van rekenkamercommissie naar rekenkamer

Tot 31 december 2023 hadden we in Velsen een commissie met heel veel raadsleden (alle fracties waren vertegenwoordigd) en twee externe leden. Een model dat in de ogen van Jan goed werkte voor een sterke binding met de raad en waarbij er toch onafhankelijkheid was en gescheiden petten. We hebben best met een traan afscheid genomen van het model. We zijn snel op zoek gegaan naar een manier om deze nieuwe fase in te gaan en de verbinding vast te houden. De griffier, stelt Jan, heeft hier een hele belangrijke rol in gehad. Twee dingen zijn stevig bediscussieerd: de binding met de raad behouden, en de vraag wat willen wij als rekenkamer doen én wat verwacht de raad van ons. Wat betreft het eerste hebben we goede oplossingen gevonden, onder meer door het per onderzoek instellen van een klankbordgroep vanuit de raad. Uit het tweede punt – de verwachtingen – kwam een ambitieus beeld.

Hoe gaat de samenwerking bij jullie tussen griffie en rekenkamer?

De secretaris van de rekenkamer zit bij de griffie, Ruurd vind dat ook heel belangrijk in het kader van een warme relatie met de raad. De inbedding in de griffie maakt de ondersteuning van de rekenkamer stabiel en solide, ook maakt dit dat onze secretaris de weg op het gemeentehuis goed kent. We lopen de deur niet plat bij elkaar, maar hebben goed en positief contact en kunnen goed schakelen. We houden elkaar scherp.

Welke extra taak heeft de Velsense rekenkamer gekregen?

Er zijn twee extra taken bij de rekenkamer gekomen. De rekenkamercommissie had in het verleden ook de auditcommissie rol, die hebben we losgekoppeld. Maar, de rekenkamer kan wel ook advies geven over de rol van de raad in financiële zaken. De publieke verantwoording gaat vaker over college dan raad, bij ons kijkt de rekenkamer naar het stuk van de raad. Dit is ook naar model van de Algemene Rekenkamer. Onze rekenkamer is aanjager en waakhond waar het gaat over de publieke verantwoording van de raad. De horizontale verantwoording is de andere extra taak (wet revitalisering generiek toezicht). Om de raad beter in stelling te brengen bij de verantwoording op medebewindstaken. Dit thema heeft weinig aandacht in de raad omdat het zo abstract is, de rekenkamer kan goed helpen dit dichter bij de raad te brengen. Over beide onderwerpen hebben we in de aanloop naar de rekenkamer veel gesprekken gehad, om onze raad bewuster te maken over hun rol en om samen na te denken over hoe de rekenkamer daarin kan ondersteunen. Bovenop de klassieke rekenkamer taken, kijkt de rekenkamer Velsen dus ook expliciet naar deze thema`s. We kijken niet alleen langs de lijn van ‘geld, gedoe of gedegenheid’. En we gaan niet alleen werken met diepgaande onderzoeken maar waar nodig ook met beknopte briefadviezen.

Eindrapport DoeMee onderzoek 2023 aangeboden aan de Nationale Ombudsman

Op 12 februari boden Jan R. Lunsing en Steven Oostlander namens het bestuur het eindrapport van het DoeMee onderzoek 2023 aan de Ombudsman aan. Ombudsman Reinier van Zutphen zei hierover: ‘Dit onderzoek is voor ons heel welkom. Als jullie het niet gedaan hadden, hadden we het misschien bij de Ombudsman moeten doen’. Vanuit de NVRR hebben we aangegeven dat het ons opvalt dat doordat veel taken bij verbonden partijen en samenwerkingsverbanden liggen, het zicht op klachten voor volksvertegenwoordigers steeds moeilijker is. Als bij alle verbonden partijen ‘maar een paar’ klachten zijn, dan lijkt het weinig, maar kan het opgeteld veel zijn. Raadsleden worden te vaak helemaal niet of fragmentarisch geïnformeerd over klachten. Bestuurslid Jan R. Lunsing zegt hierover: ‘Doordat gemeenten en soms ook provincies veel taken buitenshuis hebben geplaatst of hebben moeten plaatsen, ontbreekt elk overzicht. Volksvertegenwoordigers kunnen in hun gemeenschappelijke regelingen en overeenkomsten vastleggen dat zij inzage krijgen op de gang van zaken bij klachtafhandeling, maar misschien zou het nog wel beter zijn als klagers het recht krijgen om hun klacht door te zetten naar de (nationale) ombudsman. Hiervoor zouden de bevoegdheden van de ombudsman in de wet moeten worden aangepast in lijn met de recente uitbreiding van bevoegdheden van rekenkamers.’

U kunt onder de foto het rapport downloaden.

Webinar: Aanbevelingen aan de raad: een vak apart

Als rekenkamer doen we niet alleen aanbevelingen aan het college, maar ook aan de raad, staten of het algemeen bestuur. Maar waar het college een duidelijke eenheid is, is de raad dat niet. In dit webinar gaan we in op een aantal dilemma`s bij aanbevelen aan ‘de raad’:

  • Goed adresseren: wie moet er iets met de aanbeveling? De raad, de raadsleden, griffie, anderen?
  • Hoe omschrijf je de aanbeveling?
  • Hoe maak je een aanbeveling aan de raad zo concreet mogelijk zonder op de stoel van de raad (of het college) te gaan zitten?
  • Hoe scherp wil je zijn in je aanbevelingen? Wat zijn de goede woorden?

NVRR voorzitter Steven Oostlander en voormalig NVRR bestuurslid en griffier Gerrit Hagelstein delen hun ervaringen en dilemma`s en gaan met de deelnemers de discussie aan over aanbevelen aan de raad als vak apart.

Het webinar is 14 maart 12-13u

Vijf vragen aan Steven Oostlander

Wie is Steven Oostlander?

Sinds oktober 2023 ben ik de voorzitter van de NVRR. Daarnaast ben ik voorzitter van de Rekenkamer Dordrecht. Ik woon in Den Haag en ben vader van twee zonen. Ik ben opgeleid als politicoloog en heb een master in de IT. Ik ben actief als vrijwilliger bij Humanitas en hoop ooit mee te kunnen doen aan Heel Holland Bakt.

Hoe ben je in de wereld van de rekenkamers terecht gekomen?

20 jaar geleden was ik de manager van het onderzoeksbureau van de Tweede Kamer. Vanuit die rol heb ik meegeholpen bij het ontwikkelen van onderzoeksprotocollen en handboeken die toentertijd door veel rekenkamers en rekenkamercommissies werden gebruikt. Om bekend te worden met het werkveld ben ik lang lid geweest van de rekenkamer Amersfoort. Sinds die tijd ben ik betrokken bij lokale rekenkamers. Het is mooi om zo een bijdrage te leveren aan het goed functioneren aan ons openbaar bestuur.

Wat zijn je speerpunten als nieuwe voorzitter van de NVRR, zowel binnen de vereniging als naar buiten toe?

De vereniging is gezond en kent veel actieve en betrokken leden. Als ik rondkijk zie ik veel enthousiasme en kennis. We hebben veel wat ons bindt. Allemaal zijn we betrokken en nieuwsgierige mensen. We willen weten hoe iets zit. Dit wil ik vasthouden. Ik zie veel mogelijkheden om verder te werken aan kennisbevordering. Bijvoorbeeld over wet- en regelgeving maar ook over moderne onderzoeksmethoden.
Ook de doorontwikkeling van de metadossiers is kansrijk. Het lijkt me mooi als we erin slagen om rode draden te zien in de rekenkameronderzoeken van onze leden en deze rode draden onder de aandacht te brengen bij het kabinet en de volksvertegenwoordiging. Wat er lokaal allemaal gebeurt heeft immers landelijke betekenis. Daar kunnen wij een rol bij spelen.

Hoe kan de positie van onze vereniging nog verder versterkt worden?

Waar we aan moeten werken is de versterking van de positie van de vereniging als natuurlijke vertegenwoordiger van de rekenkamers. Er zijn daarbij al stappen vooruit gemaakt maar we hebben nog niet de natuurlijke positie zoals bijvoorbeeld de VNG die heeft. Ik hoop de NVRR als vertegenwoordiger van de rekenkamers nog meer dan nu het geval is als vanzelfsprekende gesprekspartner kan optreden. Dat vraagt een actieve rol van ons als bestuur. We gaan niet wachten tot we gevraagd worden, maar we zullen er zelf op uit moeten.

Welke vraag die we niet hebben gesteld zou je graag willen beantwoorden? En wat zou je antwoord zijn?

Je zou me kunnen vragen of ik verbetermogelijkheden zie voor de rekenkamers. En mijn antwoord zou zijn dat ik me zorgen maak over de financiële kennis bij rekenkamers. We zijn goed in doelmatigheid en doeltreffendheid maar soms weet ik niet zeker of onze rechtmatigheidskennis overal van voldoende niveau is. Daar ligt voor ons allemaal nog wel een opdracht.

Suzan Mathijssen draagt in juni penningmeesterstokje over

Op het congres in juni zal penningmeester Suzan Mathijssen het stokje overdragen aan een nieuwe penningmeester. Suzan: ‘ik ben dan bijna zes jaar lid geweest van het bestuur. Bij tijd en wijlen een hele intensieve nevenfunctie’. Suzan heeft als bestuurslid drie DoeMee-onderzoeken getrokken. Een activiteit die inmiddels goed op de kaart staat. De laatste anderhalf jaar heeft ze zich als penningmeester ingezet om de leesbaarheid en consistentie in de financiële stukken te verhogen en is de stap naar een kascommissie gerealiseerd.

De vacaturetekst voor een nieuwe penningmeester is hier te vinden.

Vacature Algemeen bestuurslid NVRR, beoogd penningmeester

De Nederlandse Vereniging van Rekenkamers en Rekenkamercommissies (NVRR) streeft er naar dé autoriteit te zijn die namens de leden de spreekbuis is van alle rekenkamers .

De NVRR streeft ernaar:

  • Te stimuleren dat rekenkamers nog verder in positie komen en blijven om hun rol en taak doelmatig en doeltreffend uit te oefenen ter ondersteuning van het decentraal democratisch bestuur;
  • Het platform te zijn waarop (leden van) rekenkamers kennis en ervaring delen en elkaar ontmoeten;
  • Een bijdrage te leveren aan
    • de kwaliteit van het rekenkamerwerk
    • de positieve effecten van het rekenkamerwerk
    • het publieke debat over het rekenkamerwerk;
  • De NVRR als vereniging te professionaliseren en toekomstbestendig te maken

Dit doet de NVRR onder andere door actief informatie aan te bieden en het overzichtelijk ontsluiten van rekenkamerrapporten en andere kennis, het maken van handreikingen, het bieden van een platform voor discussies en dilemma’s en het ondersteunen bij het verder professionaliseren van rekenkamers en rekenkamercommissies. Hierbij hoort ook het organiseren van het jaarlijkse NVRR-congres, kringbijeenkomsten en het aanbieden van cursussen en webinars.

In de komende periode gaat de NVRR met deze initiatieven door en blijven we ons waar nodig inzetten voor de verdere professionalisering van het rekenkamerwerk en versterking van de positionering van de rekenkamers en de vereniging. En er komt nog een belangrijk element bij. Veel rekenkamers zullen de effecten van de Wet versterking decentrale rekenkamers merken en ondersteuning nodig hebben bij de transitie die dat vergt.

De NVRR wordt geleid door een collegiaal vrijwilligersbestuur en ondersteund door een professioneel verenigingsbureau en een directeur.

Algemeen bestuurslid NVRR, beoogd penningmeester (M/V)

Als bestuurslid van de NVRR:

  • heb je visie en kennis van het vakgebied en/of specifieke aandachtsgebieden;
  • kan je goed samenwerken en communiceren met andere bestuursleden, verenigingsleden, bureau en betrokken buitenstaanders;
  • ben je in staat zijn om met in- en externe stakeholders samen te werken, ideeën te vormen en concrete plannen uit te voeren;
  • sta je voor resultaatgericht besturen;
  • ben je in staat ideeën te genereren, deze te kunnen uitdragen en in de praktijk tot uitvoering kunnen (laten) brengen;
  • ben je bereid om actief mee te denken over (de ontwikkeling van) het algemene beleid;
  • ben je een inspirerende persoonlijkheid met tact, kennis van zaken, daadkracht en humor;
  • ben je bereid om een eigen rol te vervullen in het bestuur en actief bij te dragen aan de teamontwikkeling, het eigen belang weet je daaraan ondergeschikt te maken.

De ideale kandidaat

  • heeft financiële verantwoordelijkheid gedragen en is bereid penningmeester te worden;
  • heeft enige jaren bestuurservaring;
  • is al enige jaren nauw betrokken bij de NVRR;
  • kennis van decentraal bestuur is een pré;
  • heeft een relevant netwerk bij de landelijke politiek of collega-verenigingen zoals VNG, Unie van Waterschappen, VvG en Nederlandse Vereniging voor Raadsleden;

Nadere informatie

  • Aan een bestuursfunctie is de maximale vrijwilligersvergoeding verbonden;
  • De functie wordt in principe voor minimaal vier jaar vervuld (één bestuurstermijn, maximaal 2 keer verlengen is mogelijk);
  • Geschatte tijdsinvestering: vier (met pieken van acht) uur per week;
  • Binnen het bestuur is een taakverdeling. De specifieke portefeuilles, functies, taken of projecten worden gezamenlijk verdeeld;
  • Van de bestuursleden wordt verwacht dat zij alle bestuursvergaderingen (zes per jaar) bijwonen evenals twee keer een algemene ledenvergadering en op verzoek aan de voorbereiding meewerken.

Procedure voor de vacature van bestuurslid

Personen die geïnteresseerd zijn in deze bestuursfuncties worden verzocht zich te kandideren. Kandidaatstellingen dienen uiterlijk 1 maart schriftelijk bij de selectiecommissie te zijn ingediend. Dat kan per e-mail via info@nvrr.nl. Informatie over het profiel en de procedure is in te winnen bij Steven Oostlander, voorzitter van de NVRR, via info@nvrr.nl. U kunt telefonisch contact opnemen met Lies van Aelst (directeur van de NVRR) op 06 – 51 60 20 54.

Geschikte kandidaten worden uitgenodigd voor een gesprek met de selectiecommissie, gevolgd door een kennismakingsgesprek met het voltallige bestuur. Vervolgens wordt de kandidaat voor benoeming voorgedragen aan de Algemene Ledenvergadering van de NVRR.

Over de NVRR

De NVRR is in 2003 opgericht en heeft circa 247 leden bij gemeenten, provincies en waterschappen. Kenmerkend zijn de verschillen tussen de leden. De G4, provincies en een klein aantal andere leden beschikken over de middelen voor een rekenkamer met professionele ondersteuning in eigen huis en voeren veelal onderzoeken uit in eigen beheer. De overige leden zijn beperkter in capaciteit en beschikken over minder middelen.

Meer informatie over de organisatie, statuten en dienstverlening treft u aan op de website van de NVRR via www.nvrr.nl.

Meta-analyse rekenkamerrapporten Woonbeleid

Het is noodzaak voor gemeenten om beleidsambities te vertalen naar concrete en meetbare doelstellingen en acties, om zo effectieve sturing, monitoring en evaluatie mogelijk te maken. Dat is de conclusie van een meta-analyse van woonbeleid die architecten- en ingenieursadviesbureau SWECO heeft uitgevoerd in opdracht van de Nederlandse Vereniging van Rekenkamers & Rekenkamercommissies (NVRR).

Rekenkameronderzoeken bieden een schat aan informatie op gemeentelijk niveau. In het onderzoek van SWECO zijn 62 rekenkamerrapporten uit de periode 2015 – 2023 geanalyseerd om inzicht te bieden in de beleidsmatige vraagstukken en de lessen die hieruit volgen. Daarnaast werden gemeente overstijgende vraagstukken en lacunes in het woonbeleid geïdentificeerd.

Voorkom vertraging door op tijd informeren van de raad

Het onderzoek geeft belangrijke inzichten en aanbevelingen voor rekenkamers zelf, maar ook voor andere partijen – zoals gemeenten, regio’s, provincies en landelijke beleidsmakers. Naast het advies om te steven naar concrete en meetbare doelstellingen en acties, adviseert het rapport ook een versterking van de kaderstellende en controlerende rol van de gemeenteraad. De raad wordt vaak achteraf geïnformeerd. Dit kan een vertragend effect hebben, omdat in de praktijk raadsleden regelmatig de uitgangspunten van bijvoorbeeld een keuzenotitie of beleidsplan ter discussie stellen. Dit kan voorkomen worden door de betrokkenheid van de raad te vergroten en vooraf kaders aan de raad te vragen en/of vast te laten stellen.

Veranderde positie van wonen

Er zijn in de periode 2015 – 2023 veel vergelijkbare onderzoeken uitgevoerd naar de resultaten en effectiviteit van het totale woonbeleid en de sturingsmogelijkheden. Deze brede focus komt voort uit de veranderende positie van wonen in het maatschappelijk debat; Van de gedachte “de woningmarkt is klaar” naar de huidige woningcrisis waarbij wonen een dringend thema op de agenda is geworden. Om het woonbeleid (weer) op te pakken zochten rekenkamers eerst inzicht in het woonbeleid dat werd gevoerd in de totale breedte. Dit leidt tot vergelijkbare conclusies en aanbevelingen.

De onderzoeken die zich richten op de totaliteit van het woonbeleid leveren vaak meer oppervlakkige conclusies en aanbevelingen op dan onderzoeken die zich richten op specifieke thema’s binnen het woonbeleid. Een aanbeveling is om in het vervolg specifieker onderzoek te doen naar bepaalde thema’s of de effectiviteit van bepaalde instrumenten die gemeenten inzetten om zo te komen tot meer verdiepende inzichten.

Meer sturing vanuit de overheid, hoe effectief is dat?

Nu wordt de regie op wonen weer versterkt. De effecten van de nieuwe maatregelen moeten nog doorwerken. Denk aan de woondeals die zijn gesloten en wetwijzigingen die voorliggen, zoals de wet regie op de volkshuisvesting. Ook gemeenten zelf krijgen meer ruimte om invloed te hebben op het wonen, bijvoorbeeld met de opkoopbescherming en de wet goed verhuurderschap. De komende jaren is het interessant om de effectiviteit van deze maatregelen te onderzoeken.

Van elkaar leren in de lunchwebinar op 8 februari 2024

De NVRR en SWECO hopen dat dit rapport gemeenten zal helpen om van elkaar te leren, hun woonbeleid te verbeteren en de uitdagingen op de woningmarkt effectiever aan te pakken. De volledige meta-analyse is beschikbaar via het Metadossier Woonbeleid van de NVRR.

En luister mee naar het lunchwebinar op 8 februari 2024 van 12:00 tot 13:00. Schrijf je hier in.

Terugblik jubileum symposium Enschede

Vrijdag 8 december vierde de Rekenkamer Enschede haar 25-jarig jubileum met een symposium in de Museumfabriek. Met ruim 50 gasten uit college, raad, diverse Rekenkamers en de Enschedese Rekenkamerhistorie was het een geslaagde bijeenkomst. Het symposium vond plaats in de Museumfabriek, aan de wand hingen tientallen schilderijen over de lokale textielgeschiedenis. Dat leverde een mooie entourage op voor de gesprekken in de pauze, waar ook veel oude bekende elkaar nog weer eens ontmoetten.

Burgemeester Roelof Bleker van Enschede was eerste spreker. Hij reflecteerde vanuit verschillende rollen op de Rekenkamer: hij was raadslid toen de Rekenkamercommissie Enschede werd opgericht, en maakt(e) als wethouder en burgemeester deel uit van het Enschedese college. Tussentijds heeft hij zich als dijkgraaf bij het Waterschap Rivierenland ook sterk gemaakt voor Rekenkamers. Hij beschreef de rekenkamer als waardevolle spiegel, vergrootglas én venster.

Voorzitter Harry de Boer blikte terug op 25 jaar onderzoek. In die tijd zijn ruim 50 onderzoeken gedaan en hebben 46 leden deel uitgemaakt van de Rekenkamer. Hij beschreef de geboorte, groeistuipen en zelfevaluaties van de Rekenkamer, die de basis hebben gevormd voor waar de Rekenkamer nu staat. Hij schetste een aantal voorwaarden voor een goede Rekenkamer, onder andere goede relaties, transparantie, duidelijke procedures en een gelijkwaardig speelveld.

In een panelgesprek deelden experts Suzan Mathijssen (Rekenkamer Oost en penningmeester NVRR), Nils Nijdam (Algemene Rekenkamer) en Laurens de Graaf (voorzitter jury Goudvink) hun inzichten over lokale, provinciale en algemene rekenkamer(s). Het ging onder andere over kwaliteit van onderzoek: wat is doorslaggevend (impact, onderzoekskwaliteit, presentatie) en de verschillen tussen de landelijke en lokale Rekenkamers. Lokale Rekenkamers zien direct voor wie ze werken en moeten daarom in woord en daad aan kunnen sluiten bij hun doelgroep, terwijl de Algemene Rekenkamer meer op institutioneel niveau acteert.

Na de pauze verklapte Lies van Aelst, directeur van de NVRR haar recept voor (on)succesvol onderzoek: het rapport moet niet té pittig zijn, maar zeker ook niet smakeloos, pas op met het toevoegen van zuur, wissel een snack af met een vijfgangendiner, en laat pottenkijkers in je keuken toe. En, het belangrijkste ingrediënt is liefde: werk aan de relatie met raad, college en organisatie zodat rapporten goed landen.

Tot slot namen drie oud-raadsleden uit Enschede plaats in een panel. Zij zijn nu alle drie lid van Rekenkamers elders in Twente. De eerste prikkelende vraag ‘Doen jullie het beter dan de Rekenkamer Enschede?’ leverde mooie verhalen op over verschillende werkwijzen van Rekenkamers – en over het belang van duidelijke procedures, voor de Rekenkamer zelf, maar ook voor de organisatie, raad en college. De oud-raadsleden merken dat hun ervaringen als raadslid van grote meerwaarde zijn in hun huidige Rekenkamerfunctie: ze kennen de Rekenkamer al en kunnen goed aansluiten bij hun raden.

Bij de borrel in het museumcafé werd enthousiast nagepraat en geproost op de afgelopen en komende 25 jaar Rekenkamerwerk.