Skip to main content

Vergoeding leden rekenkamer(commissie)

Categorie: (Rand)Voorwaarden

Vorm vergoeding (vaste of variabele vergoeding)

Gemeenten onderscheiden 3 vormen van vergoeding: een vaste vergoeding per maand, een vaste vergoeding per vergadering of een variabele vergoeding op declaratiebasis (vergoeding gerelateerd aan de daadwerkelijke inzet). Ieder van deze drie vormen kent, vanuit het perspectief van de gemeente, voor- en nadelen.

Bij het bepalen van de vorm van de vergoeding kunnen verschillende overwegingen een rol spelen:

  1. Het administratieve proces rondom de uitbetaling van de vergoeding. Als gekozen wordt voor een vaste vergoeding per maand hoeft de afdeling financiën/griffier niet bij te houden hoe vaak is vergaderd c.q. hoeveel uur aan onderzoek is besteed. Bij een vergoeding op declaratiebasis moet dit wel worden bijgehouden.
  2. Verschil inzet rekenkamercommissie leden. Als ieder rekenkamerlid geacht wordt evenveel uur aan de rekenkamer te besteden, kan gekozen worden voor een vaste vergoeding (per maand of vergadering). Zo niet, dan lijkt een vergoeding op declaratiebasis meer voor de hand te liggen. Leden die zich meer inzetten ontvangen een hogere vergoeding.
  3. Ramen van de kosten. Het behoeft geen betoog dat de kosten van de rekenkamercommissie nauwkeuriger kunnen worden geraamd als gekozen wordt voor een vaste vergoeding of een vergoeding per vergadering.
  4. Ongewenste neveneffecten. Bij een vergoeding op declaratiebasis kan het voor rekenkamerleden aantrekkelijk worden om de omvang van het onderzoek nodeloos toe te laten nemen. Immers, zij zijn zo verzekerd van een hogere beloning. Zie ook de NVRR aanbeveling “Beloning Externe Leden van Rekenkamerfuncties/ commissies”. Een vergoeding per vergadering kan ertoe leiden dat een commissie vooral gaan vergaderen.

Hoogte vergoeding

De wetgever schrijft in artikel 81k gemeentewet dat leden van de rekenkamer een bij verordening van de raad vastgestelde vergoeding voor hun werkzaamheden en een tegemoetkoming in de kosten ontvangen. De wetgever schrijft niet voor hoe hoog de vergoeding moet zijn. In de praktijk is deze (maandelijkse) vergoeding afhankelijk van het aantal uren en de vergoeding per uur. Leden van commissies die zelf onderzoek doen (onderzoekscommissies), besteden over het algemeen meer tijd aan de (neven)functie en ontvangen een hogere vergoeding per maand (meestal in de vorm van een vaste vergoeding per maand of per gewerkt uur). Commissies die de onderzoeken laten uitvoeren door een onderzoeksbureau (begeleidingscommissies) ontvangen een lagere vergoeding per maand (vaak in de vorm van een vaste vergoeding per vergadering). De vergoeding per uur ligt in de praktijk ergens tussen de € 25 en € 80 per uur.

Kijk onderaan het artikel voor een overzicht van vergoedingen per gemeente (als uw gemeente er nog niet bijstaat s.v.p. aanvullen).

Reiskostenvergoeding

Voor de reiskostenvergoeding zoeken gemeenten aansluiting bij de regels van de belastingdienst, het rechtspositiebesluit wethouders of het reisbesluit binnenland. Zij vergoeden respectievelijk 19, 28 of 37 cent per kilometer.

Een rekenkamerlid mag van zijn opbrengsten (inclusief reiskostenvergoedingen) voor zakelijke ritten die met de eigen auto worden gemaakt € 0,19 per zakelijk gereden kilometer aftrekken.

In hoofdstuk drie van het rechtspositiebesluit wethouders somt de wetgever een aantal bepalingen betreffende de vergoeding bijzondere kosten en andere financiële voorzieningen op. Artikel 23 stelt dat de raad bij verordening kan bepalen dat de wethouder aanspraak heeft op een vergoeding van reis- en verblijfkosten voor reizen gemaakt voor de uitoefening van het ambt. In artikel 4 van de regeling rechtspositie wethouders (ministeriële regeling) stelt de minister nadere regels over hoogte van deze vergoeding en de voorwaarden voor de aanspraak. De vergoeding voor reis- en verblijfkosten betreft: de kosten voor het gebruik van het openbaar vervoer; bij gebruik van een eigen personenauto, een bedrag van € 0,28 per afgelegde kilometer; de noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte werkelijke verblijfkosten.

De vergoedingen voor dienstreizen van rijksambtenaren zijn geregeld in het reisbesluit binnenland en de reisregeling binnenstad. Indien de dienstreis niet of niet op doelmatige wijze per openbaar vervoer kan worden ondernomen, kan voor de dienstreis gebruik worden gemaakt van een motorvoertuig of bromfiets (artikel 7 reisbesluit). De vergoeding voor het gebruik van een eigen motorvoertuig of bromfiets bedraagt dan € 0,37 per afgelegde kilometer (artikel 2 reisregeling).

Externe links

  • Gemeentewet artikel 81k.
  • De NVRR heeft een aanbeveling (december 2008) “Beloning Externe Leden van Rekenkamerfuncties/ commissies” gepubliceerd. Hierin pleit zij voor een vaste vergoeding.

Overzicht van vergoedingen per gemeente

vaste vergoeding per bijgewoonde vergadering vergoeding per uur
rekenkamer(commissie) bedrag toelichting verwachte aantal vergaderingen
rekenkamercommissie Appingedam, Delfzijl en Loppersum € 223,00 (voorzitter)

€ 195,00 (lid)

onbekend
rekenkamer Lelystad € 1.097,00 (voorzitter)

€ 823,00 (lid)

80% van de raadsvergoeding (voorzitter)

60% van de raadsvergoeding (lid)

24 à 32 uur per maand € 34,00
vaste vergoeding per maand
rekenkamer(commissie) bedrag toelichting verwachte tijdsinzet
Rekenkamercommissie Alphen aan den Rijn € 500,00 (voorzitter)

€ 400,00 (lid)

onbekend
rekenkamerfunctie Blaricum Eemnes en Laren € 644,91 (lid) gemiddeld 16 uur per maand € 40,00
Amstelveen heeft een rekenkamercommissie € 405,63 (lid) 12 à 16 uur per maand. € 25,00
vergoeding per gewerkt uur
rekenkamer(commissie) bedrag toelichting verwachte tijdsinzet
Drimmelen € 72,00 (voorzitter) gemiddeld 12 uur per maand € 72,00

Terug naar boven